Telefoon 020-6450292 info@psycom.nl | 06-21172494
Home Baken 10, 1186 DC Amstelveen
DE ERGSTE VIJAND: JEZELF recent

DE ERGSTE VIJAND: JEZELF

Jack van Minden

Sommige mensen zijn (zonder dat zelf te beseffen) hun ergste vijand. Dit speelt ook bij (gemaakte) loopbaankeuzes en -veranderingen zó veelvuldig dat het een normaal patroon lijkt. We doelen op overdreven zelfbewuste gevoelens van inadequatie, die dan ook (onnodig) zelfdestructief zijn. Wat zijn de oorzaken en hoe kunnen de adviseur en de client aan oplossingen voor deze geheime en soms verwoestende oorlog werken? Of heelt tijd alle zelfopgelegde wonden, zoals vaker gebeurt?

Baan weg, zelfvertrouwen weg

Het leven is een continue balanceer oefening tussen hoop en vrees. Soms slaat de rechterkant door op de ‘verkeerde’ momenten. Dat is vooral pijnlijk wanneer juist dan de positieve sentimenten zouden moeten overheersen. Zoals bij een werknemer die jarenlang ‘zijn’ functie bekleedt in de organisatie. Zijn vertrek (gedwongen of vrijwillig) valt niet alleen zwaar, maar onzekerheid, angst en twijfel kunnen hard toeslaan bij het elders bemachtigen van een nieuwe positie en daar ook succesvol te zijn. Er is dus een langere periode waarin druk op zichzelf wordt gelegd, vaak nog eens versterkt door de goedbedoelende omgeving. (“Is het vertrek verstandig”? “Had je niet beter eerst…”?)

Storende vertwijfeling

We nemen de zaken om ons heen waar – en dat is maar goed ook. Maar we ‘zien’ soms ook dingen die er niet zijn… Dat (de anticipatie van) een nieuwe baan of een groot en belangrijk project enige onzekerheid en spanning veroorzaakt is een gebruikelijke reactie. Als het bovendien leidt tot verhoogde ambitie en sensitiviteit is dit gunstig. Maar de omarming van het impostor syndroom[1] is zelfbeschadigend. Dit samenhangend beeld verenigt in zich (faal)angst, depressiviteit, schuldgevoelens bij succes, frustratie en ontevredenheid met het eigen leven. Het behelst de continue onjuiste negatieve beoordeling van de eigen capaciteiten, afgezet tegen objectieve criteria. Denk hierbij aan intelligentie, werkervaring, behaalde werksuccessen, ontvangen positieve feedback, enz. Het zijn dan ook ernstige zelfverwijten, die het psychologisch welbevinden van de lijder schaden, en soms zelfs paniekaanvallen veroorzaken. Dit schijnt vooral hoogopgeleide vrouwen te treffen. De rolmodellen van ‘superwomen’ en de fantastische levensstijlen volgens uitingen in sociale media leggen onrealistisch hoge ‘eisen’ op, die nooit zijn waar te maken.

Volgens Wilding (2021) zijn dit de kenmerkende signalen van het syndroom (en die nogal eens te laat worden opgemerkt):

  • Perfectionisme: de ambitieuze impostor verwacht van zichzelf de expert in de eigen discipline (in ieder geval bij de nieuwe werkgever) te zijn. De consequentie is dat elk foutje in de eigen ogen als een ongelofelijke blunder wordt ervaren. Het stellen van irreëel hoge doelen vergroot de kans op falen.
  • Uitstelgedrag: werkzaamheden worden telkens uitgesteld vanwege de angst dat het verwachtte (en dus onterechte vermeende) falen dan aan het licht zal komen. Helaas kent vermijding zo zijn uiterste houdbaarheidsdatum…

De pas-afgestudeerde psycholoog Henk was met vlag en wimpel geslaagd voor de selectieprocedure. Drie interviews met aanstaande collega’s, een assessment, een ‘meeloopdag’ en een aanbeveling van zijn hoofdvak hoogleraar. Na zijn eerste werkweek meldde hij zich ziek. De reden: als ‘perfectionist’ meende hij structureel te weinig voorbereidingstijd te krijgen om cliënten perfect te begeleiden. Hij is nooit meer op zijn werk teruggekeerd.

Alhoewel de headhunter Miriam vurig had aanbevolen – de stap was voor haar in alle opzichten een promotie - vermeed zij angstvallig de contacten met haar nieuwe directe leidinggevende, de CFO. Diens informele beoordelingen zouden wel eens zwaar teleurstellend kunnen zijn, spookte het voortdurend door haar hoofd.

  • Subjectieve vergelijking: anderen op het werk zouden slimmer, behendiger, sneller, meer ervaren, enz. zijn.
  • Overcompensatie: om zich vooral maar te bewijzen worden telkens meer taken op zich genomen en (dus) harder gewerkt. Ook ’s avonds en in de weekends. Er wordt uiteindelijk voor de doodlopende stressweg ‘gekozen’.
  • Behagen: al dan niet samenhangend met het bovenstaande wordt elk verzoek op het werk gehonoreerd, om maar vooral geapprecieerd te worden.
  • Onder de radar blijven: onzichtbaarheid leidt tot de beoogde vermijding van negatieve feedback.

Middle manager Geurt dorst in zijn installatiebedrijf nooit ‘nee’ te verkopen aan zijn bazen en collega’s. Vrije tijd en ontspanning was hierdoor totaal uit het zicht geraakt. In plaats daarvan hield hij elk weekend bed, geveld door heftige migraine-aanvallen. Zijn gezin betaalde mede de tol. Maar maandagochtend verscheen hij weer fris en monter op het werk, en de nieuwe cyclus kon beginnen.

Het tragische is dat de lijder lijdt onder drie angsten: faalangst, ‘ontmaskeringsangst’ en succesangst. Succes wordt toegeschreven aan ‘toeval’ of ‘geluk’. En faling is een bevestiging van de bange vermoedens. Het is niet niks: te leven met de vrees dat je niet-bestaande bedrog wordt ontmaskerd…

Meten

De mate waarin iemand lijdt onder ‘impostorisme’ is vast te stellen met behulp van de zelfscorende Engelstalige Clance IP Scale[2] via 20 items, te beoordelen op ‘waar-onwaar’ vijfpuntsschalen. Hoe hoger het totaalresultaat des te sterker de lijdensdruk onder het impostor syndroom. Drie voorbeelditems:

  • · Ik ben bang dat mensen die ik belangrijk vind zullen ontdekken dat ik niet zo capabel ben als zij denken.
  • · Soms geloof ik dat het succes in mijn leven en mijn werk het resultaat is van een vergissing.
  • · Bij succes en erkenning van mijn prestaties heb ik zo mijn twijfels of ik dat kan herhalen.

Er bestaan aan de CIPS vergelijkbare vragenlijsten, maar hun psychometrische kwaliteiten zijn beduidend minder (Sakulku, 2002).

De vijand verslaan

Het is onwaarschijnlijk dat de interne zwendelaar ‘zo maar’ of door het tijdsverloop de hersenpan verlaat. Daarvoor is het te diepgeworteld. Paradoxaal: het speelt bij zowel falen als succes. Er is dus werk aan de winkel voor de adviseur en vooral het slachtoffer zelf om de zelf-gecreëerde onzichtbare impostor de deur te wijzen en voorgoed te verbannen. Dat kan langs rationele en emotionele weg. We beginnen met de eerste aanpak.

[1] Impostor betekent fraudeur, meer specifiek: intellectuele zwendelaar. Voor alle duidelijkheid: het betreft hier niet iemand die zich opzettelijk beter voordoet dan hij is.

[2] Verzoeken voor toestemming voor gebruik: drpaulinerose@comcast.net

Meer recente items
Nieuw: oefenboek assessment centers

Jaarlijks moeten vele Nederlanders en Belgen een assessment ondergaan voor een nieuwe functie of baa ...

ASSESSMENT ZELFOVERSCHATTING

Nogal wat managers stappen naief, onbevreesd en onvoorbereid een assessment center binnen. Zij zulle ...

De Psychologische Probleemoplossers

Website door Goforit

To Top